Overige zoekrichtingen
- Onderhoud en beheer openbare ruimte
- Versoberen cultureel en recreatief aanbod, inclusief sport
- Versoberen (publieke) dienstverlening
- Bijdrage verbonden partijen
- Onderwijshuisvesting
De bovengenoemde zoekrichtingen zijn nader onderzocht op basis van een benchmark met referentiegemeenten ( Benchmark overige zoekrichtingen, INT-91805 ). Daarnaast zijn de gemeentelijke lasten gespiegeld aan het gemeentefonds ( Begroting gespiegeld aan gemeentefonds, INT-91804 ). In deze onderzoeken wordt een beeld gegeven in welke richting(en) eventuele besparingsmogelijkheden gezocht kunnen worden. De onderzoeken presenteren dus geen concrete besparingsmaatregelen, maar geven een nadere richting aan. Daarbij dient tevens de kanttekening gemaakt te worden dat de onderzoeken geen waardeoordeel vellen. Dat de gemeente Almelo op bepaalde beleidsterreinen meer uitgeeft dan andere gemeenten kan zeer verklaarbaar zijn (politieke keuzes, omstandigheden, etc.).
Op basis van de onderzoeksresultaten wil het college de volgende drie onderdelen uit de onderzoeken nader uitwerken:
- Onderhoud en beheer wegen
- Openbaar groen
- Bijdrage van verbonden partijen
Hierna wordt per zoekrichting een toelichting op de onderzoeksresultaten gegeven.
Onderhoud en beheer openbare ruimte
Ten opzichte van de referentiegemeenten geeft Almelo meer uit aan beheer en onderhoud van wegen. Deels kan dit verklaard worden uit het gegeven dat de gemeente een groot areaal verhardingen in beheer heeft (20% meer dan bij referentiegemeenten). Bovendien is in Almelo een groter deel hiervan asfalt. In onderhoud is asfalt bij een gelijke intensiteit 2 à 3 keer zo duur als elementverharding. Het college wil nader onderzoeken in hoeverre binnen het onderhoud en beheer van wegen besparingsmogelijkheden zijn.
Versoberen cultureel en recreatief aanbod, inclusief sport
Het onderzoek geeft voldoende aanleiding om een nadere analyse te doen op de wijze waarop de gemeente haar openbaar groen beheert. Het recreatieschap welke wordt uitgevoerd door de verbonden partij Recreatieschap Twente, zal onderdeel uitmaken van deze analyse. De onderzoeksresultaten bieden onvoldoende aanleiding om een verdere analyse uit te voeren op de onderdelen cultuur en sport.
Versoberen (publieke) dienstverlening
Voor de publieke dienstverlening geven we nagenoeg hetzelfde uit als de referentiegemeenten. Wij zien daarom onvoldoende aanleiding om hierop nader onderzoek op besparingen te doen.
Bijdrage verbonden partijen
Ten aanzien van verbonden partijen willen we het beheer en onderhoud van de recreatieve voorzieningen door het Recreatieschap Twente nader onderzoeken. Dit wordt betrokken bij de nadere uitwerking van de zoekrichting "versoberen cultureel en recreatief aanbod, inclusief sport".
Daarnaast willen wij in samenwerking met de andere Twentse gemeenten, het gesprek aan gaan met de Gemeenschappelijke Regelingen om de lastenontwikkeling binnen de GR-en meer in lijn te krijgen met de financiële ontwikkeling van gemeenten vanaf 2026.
Onderwijshuisvesting
De onderzoeksrapporten laten zien dat de gemeente Almelo fors minder uitgeeft aan onderwijshuisvesting dan referentiegemeenten en fors minder dan waarmee het Rijk rekening houdt in het gemeentefonds. Dit komt tot uitdrukking in schoolgebouwen, met name in het primair onderwijs, die sterk zijn verouderd. Wij vinden het dan ook onwenselijk om op onderwijshuisvesting te besparen. Wij willen juist hierop investeren zodat scholen voldoende gefaciliteerd worden om onze toekomst, de jeugd, het onderwijs te geven dat ze nodig hebben. In het voorjaar zal het Integrale Huisvestingsplan (IHP) 2025-2028 ter vaststelling aan uw Raad worden voorgelegd. De bijbehorende kapitaallasten zullen naar verwachting in het huidig perspectief binnen de beschikbare middelen kunnen worden gedekt. Vanaf 2029 zal aanvullende middelen benodigd zijn van ruim 300.000 euro.
Aanvullende maatregelen
Om de jaarschijf 2025 structureel sluitend te hebben zijn een aantal aanvullende maatregelen opgenomen.
Onttrekking algemene reserve
In het Bestuurlijk Overleg Financiële Verhoudingen hebben de VNG, provincies en het Rijk afgesproken dat gemeenten onder bepaalde voorwaarden een deel van de algemene reserve (incidentele middelen) mogen inzetten ter dekking van structurele lasten. De maatregel is geen oplossing voor structurele tekorten, maar geeft gemeenten meer tijd om structurele knelpunten op te lossen. Of en in hoeverre we deze maatregel daadwerkelijk inzetten wordt in overleg met de Provincie bij de Begroting 2025 betrokken.
Het tekort wordt voor een groot deel veroorzaakt door stijgende kosten in het sociaal domein. Om negatieve financiële effecten in het sociaal domein op te kunnen vangen is in het verleden de reserve sociaal domein ingesteld. Indien er vanuit de hiervoor genoemde maatregel een onttrekking uit de algemene reserve zal worden gedaan, zal daarom de algemene reserve voor het gelijke bedrag worden aangevuld vanuit de reserve sociaal domein.
Organisatie
In hoofdstuk 3 hebben we geschetst dat we een investering in de organisatie mogelijk achten. De achtergrond daarvan is dat we als organisatie staan voor grote opgaven en tegelijk een bijdrage willen leveren aan het verkleinen van het tekort. We werken een plan uit waar beide elementen in naar voren komen. Het rendement van de investering van incidentele middelen is een stapsgewijze netto structurele besparing op de organisatie van 500.000 euro per jaar gedurende drie jaar, waardoor er vanaf 2028 een structurele netto besparing gerealiseerd wordt van 1,5 miljoen euro.
Overig uit te werken maatregelen Begroting 2025
Voor de Begroting 2025 willen wij concrete aanvullende voorstellen doen om een structureel sluitende jaarschijf 2025 te realiseren. Zo willen wij richting de Begroting 2025 de indexatie van subsidies tegen het licht houden.
In de voorjaarsnota heeft het kabinet aangegeven dat ze het aantal specifieke uitkeringen (SPUK's) wil verminderen door een aantal SPUK's op te nemen in het gemeentefonds. Het kabinet handelt hier vanuit het principe dat financiële middelen vanuit het Rijk aan medeoverheden bij voorkeur bestedingsvrij en zonder oormerk ter beschikking gesteld worden. De activiteiten en bijbehorende budgetten die gekoppeld zijn aan de desbetreffende SPUK's willen wij heroverwegen, zodat een integrale afweging plaats kan vinden over de inzet van deze middelen. Op dit moment is onduidelijk wanneer bekend wordt welke SPUK's het betreft. Het is dus ook niet zeker in hoeverre dit al bij de Begroting 2025 betrokken kan worden.
Daarnaast is er nog een aantal andere maatregelen die wij richting de Begroting 2025 willen onderzoeken, zoals het temporiseren van geplande investeringen en het herijken van een aantal werkbudgetten.