De komende jaren staan we samen met veel andere Nederlandse gemeenten voor grote financiële opgaven door bezuinigingen vanuit het Rijk. De harde realiteit is dat, met de voorgestelde kaders vanuit het Rijk (o.a. drie miljard euro bezuinigingen op het Gemeentefonds) het voor veel gemeenten onmogelijk is om een sluitend meerjarenperspectief te presenteren. Hierdoor wordt het voor gemeenten moeilijk om te blijven investeren. Als college maken wij ons zorgen over het voorzieningenniveau voor onze inwoners. Als gemeente staan wij dicht bij hen en zien wij hoe de bezuinigingen van het Rijk hen raken: in voorzieningen, in wachtlijsten in de zorg en in hogere gemeentelijke belastingen.
Uw raad heeft uitgesproken de stad in balans te willen brengen door te investeren in een aantrekkelijke stad met een goed woonmilieu, voorzieningen en ontwikkelkansen voor iedereen. We kiezen er bewust voor om ook de komende financieel magere jaren deze koers vast te houden, zodat we blijven bouwen aan een stad met kansen voor iedereen.
De actualiteit
Almelo ontwikkelt zich positief en er is veel waarover we tevreden zijn. Te denken valt aan de Regionale Stedelijke Investeringsagenda (Hengelo, Enschede en de provincie Overijssel) waarbij we in Almelo onder andere inzetten op de ontwikkeling van de Spoorzone, XL Businesspark 2 en Aalanderveld. Maar ook de grote bijdrage die Almelo levert aan de Twentse banengroei, de invoering van de rijke schooldag, de stappen die we hebben gezet in de bestrijding van eenzaamheid, Streettriage en de start van een collectieve verduurzamingsaanpak van woningen via de Renovatiedeal. We moeten blijven werken aan een gecombineerd perspectief: kansen verzilveren en blijven investeren in onze stad en inwoners. We behoren landelijk tot de stijgers op woonaantrekkelijkheid, maar er is ook sprake van hardnekkige achterstanden waarvoor een gezamenlijke langjarige aanpak met het Rijk en woningbouwcorporaties nodig is. Investeren in het in balans brengen van de stad blijft dan ook van belang.
Begrotingsadvies VNG
Gemeenten staan aan de lat voor veel wettelijke taken. Daarbij past ook een financiële verhouding die in balans is. Al vele jaren is deze balans zoek. De mogelijkheid tot sturen op sommige wettelijke taken, zoals Jeugdzorg en Wmo, is voor gemeenten zeer beperkt, terwijl de kosten wel bij die gemeenten landen.
Voor de jaren 2025-2028 adviseert de VNG, in relatie tot het ravijnjaar 2026, bezuinigingen voor te bereiden. Financiële en inhoudelijke gevolgen moeten daarbij zo scherp mogelijk worden gepresenteerd. De VNG adviseert deze bezuinigingen nog niet in gang te zetten, mocht het Rijk ons toch financieel tegemoetkomen. De VNG adviseert bezuinigingen te focussen op taken die in medebewind worden uitgevoerd (dat wil zeggen uitvoering van regelingen van een hogere overheid). Het VNG advies focust zich specifiek op het tekort dat ontstaat door de korting van het Rijk op het accres en gemeentefonds.
Financieel meerjarenperspectief
Bij de actualisatie van het financieel meerjarenperspectief is gebleken dat bij ongewijzigd beleid, de financiële positie al eerder verslechterd dan was voorzien en er al vanaf 2025 een tekort ontstaat, welke meerjarig verder oploopt dan bij de Begroting 2024 werd verwacht. Dat betekent dat we maatregelen moeten vervroegen.
De verslechtering in 2025 heeft met name een autonoom karakter en wordt vooral verklaard door een stijging in de lasten voor Wmo en Jeugdzorg.
Uitwerking zoekrichtingen
Financieel tekort al in 2025
Om de jaarschijf 2025 sluitend te krijgen stelt het college voor enkele maatregelen - vanuit de in de inleiding benoemde acht zoekrichtingen - in de tijd naar voren te halen en daarnaast aanvullende maatregelen te treffen. Deze maatregelen worden hieronder kort weergegeven en zijn verder uitgewerkt in hoofdstuk 5. In de raadsbrief bij de Programmabegroting 2024 (RAAD-7885 ) kondigden we aan te koersen op besparingen in het sociaal domein en maatregelen ter verhoging van de inkomsten.
Zoekrichting sociaal domein
In deze perspectiefnota stellen wij voor om de volgende maatregelen (vervroegd) in te voeren in 2025:
- de inzet van steunouders (vrijwilligers die ondersteuning bieden aan kinderen en ouders die door omstandigheden een helpende hand kunnen gebruiken),
- het zetten van een volgende stap richting voorliggend aanbod voor ondersteuning bij maatschappelijke deelname en ondersteuning bij het zelfstandig leven vanuit de wijkaccommodaties
- de middelen voor 'peuteropvang' en de middelen voor 'onderzoek naar alternatieven voor maatwerk' te herijken,
- het strakker sturen op de toegang en indicatiestelling,
- afschalen in zorgzwaarte.
Aanvullende maatregelen voor 2025
Naast de zoekrichtingen stellen wij voor om de volgende aanvullende maatregelen te treffen om jaarschijf 2025 structureel sluitend te krijgen:
- een onttrekking vanuit de algemene reserve en aanzuivering vanuit de reserve sociaal domein van 4,4 miljoen euro. Uit de algemene reserve mag een bedrag worden onttrokken ter dekking van de structurele lasten.
- Bij de Begroting 2025 wordt een aantal andere maatregelen uitgewerkt. Hierbij valt te denken aan het actualiseren en temporiseren van geplande investeringen en het herijken van een aantal werkbudgetten. Ook zal de indexatie van subsidies tegen het licht worden gehouden.
Financieel tekort vanaf 2026 groter
Om de zorg toekomstbestendig te krijgen worden in deze perspectiefnota ook maatregelen voorgesteld die vanaf 2026 financieel effect hebben. Op hoofdlijnen onderzoeken we daarvoor maatregelen rondom de toegang en indicatiestelling, maatregelen gekoppeld aan de Jeugdwet, de Wet maatschappelijke ondersteuning, de Participatiewet en maatregelen los van de maatwerkvoorzieningen.
De onroerend zaakbelasting is de enige gemeentelijke heffing die een substantiële bijdrage kan leveren ter compensatie van het negatieve begrotingssaldo. In deze perspectiefnota stellen wij een stapsgewijze extra verhoging van de OZB voor vanaf 2025 (in 4 jaar, 2,5% per jaar).
Op basis van de resultaten van een benchmarkonderzoek werken we tot slot de volgende zoekrichtingen nog verder uit: besparingen op onderhoud en beheer van wegen, het beheer van openbaar groen en de bijdrage verbonden partijen. In de Begroting 2025 zal hierover meer helder zijn. De te verwachten financiële besparingen die deze zoekrichtingen opleveren zijn beperkt.
In deze perspectiefnota willen wij voorstellen om in samenwerking met de andere Twentse gemeenten het gesprek aan te gaan met onze Gemeenschappelijke Regelingen om de lastenontwikkeling binnen de GR-en meer in lijn te krijgen met de financiële ontwikkeling van deelnemende gemeenten vanaf 2026.
Voor onze organisatie wordt voor de jaren 2026 en verder een plan uitgewerkt waarin we tegelijk een investering doen in de organisatie en via efficiëntie-voordelen het financiële tekort willen verkleinen.
Resumé
De financiële situatie van de gemeente Almelo verslechtert sneller en meer dan verwacht. Daardoor moeten wij eerder en meer bezuinigen. De tekorten lopen sneller op dan wij als gemeente kunnen bezuinigen. De jaarschijf 2025 is - met moeite - sluitend gemaakt en voor de vervolgjaren is het tekort zichtbaar (conform het VNG-advies).
Het college kiest ervoor koers te houden: te blijven inzetten op investeringen in een aantrekkelijke, toekomstbestendige stad. We willen blijven bouwen aan een stad met kansen voor iedereen. Als het Rijk ons niet voldoende middelen geeft om onze taken uit te kunnen voeren zijn wij genoodzaakt om hier consequenties aan te verbinden. Bijvoorbeeld door te stoppen met het uitvoeren van medebewindstaken, het instellen van budgetplafonds op open einde-regelingen en het teruggeven van taken aan het Rijk.